Vulkanen, watervallen en de amazone in Ecuador

3 september 2019 - Quito, Ecuador

Na bijna 5 weken Colombia was het op 17 augustus tijd om richting Quito te vliegen, de hoofdstad van Ecuador. In Ecuador hadden we 18 nachten de tijd om van dit land te genieten, en dat hebben we dan ook absoluut gedaan. In Ecuador backpacken is echt nog een beetje backpacken zoals ik me dat 10 jaren geleden zou voorstellen. Als enige toerist in de lokale bus waar kippen in meevervoerd worden, niks geen online boeken of wifi in de bus. Op heel veel plekken draagt men nog de traditionele kleding, al doen de jongeren hier in de wat grotere plekken niet aan mee. Daarnaast zijn de grote trekpleisters van het land erg rustig en zie je hier ook voornamelijk toeristen uit Ecuador zelf. De actiefilm die op groot scherm voorin de bus op volume 1000 staat, de stops om de 100 meter langs de weg om mensen op te pikken en de vele verkopers die door de bussen gaan deed ons erg denken aan Colombia. Maar ook zeker de vriendelijkheid van de mensen zoals we die in Colombia hebben ervaren is hier aanwezig. In Ecuador zagen we helaas nog meer kinderarbeid dan in Colombia, hele jonge kinderen die eten moeten verkopen in bussen, schoenen moeten poetsen of moeten optreden in trams of bussen. Ecuador is dan ook nog een stuk armer dan Colombia en dat is ook wel te zien. 
We spraken een paar dagen geleden met een jongen die ons vertelde dat sinds de komst van de Amerikaanse dollar het leven nog duurder is geworden voor de Ecuadorianen. Tot 2000 maakte het land gebruik van de munteenheid ‘Sucre’ totdat de president, onder luid protest van de inwoners van het land, de Amerikaanse dollar invoerde als munt. De Sucre liep van 1995 tot 1999 een behoorlijke waardevermindering op, vandaar het besluit van de president om de Amerikaanse dollar aan te nemen. Ondanks de dollar meer stabiliteit in de in de valuta heeft gebracht, profiteren vooral de handelsectoren van de dollar en geeft men lokaal de dollar de schuld van de hoge kosten van levensonderhoud. 


Onze eerste bestemming was de uitgerekte stad, Quito. Quito is 70 kilometer lang en maar 4 kilomer breed en met zijn 2850 meter de hoogste hoofdstad van de wereld. De ontzettend aardige taxichauffeur kletste ons de oren van het hoofd en vertelde ons al heel veel over Quito en de mooie plekken die we konden bezoeken in Ecuador. We kwamen aan in een koloniaal hostel in het oude centrum van de stad met hele leuke mensen en twee konijntjes (lieffffffff) in de grote tuin. 


De eerste dag in Ecuador rustten we uit, deden we boodschappen in het centrum en zagen we de konijnen voorbij hupsen in de tuin. De tweede dag was het tijd om in het oude centrum rond te struunen en het beval ons wat we zagen. Quito is een ontzettend mooie stad met een leuke sfeer en ontzettend veel kerken en pleinen. We ontdekten dat Quito nog, zoals de gilden in de Middeleeuwen, buurten heeft met dezelfde winkels. Zo hebben de pinatawinkels, schoenmakerwinkels en voetbalwinkels allemaal een eigen buurt van een paar straten groot. Na een paar uren te hebben geslenterd en de grootste bezienswaardigheden te hebben bezocht sloten we onze eigen stadstour af bij een gigantische basilisk. Hier kochten we een kaartje waarmee in de torens van de basilisk konden kijken en een prachtig uitzicht hadden op de stad. We aten in een grote markthal waar lokaal eten wordt geserveerd. Voor een paar dollar krijg je soep (vaak met aardappelen er in), een sapje en veel vlees met weinig groenten.

20190820090707_IMG_7127

20190820080624_IMG_7108-01

20190820073357_IMG_7073-0120190820063501_IMG_7057-01

De volgende dag in Quito pakten we voor 40 cent de lokale bus naar iets buiten Quito richting het noorden. Men vondt het erg interessant dat we de bus pakten en we werden dan ook flink aangestaard. Na anderhalfuur kwamen we aan op eindbestemmming: middle earth! Wie denkt dat middle earth alleen fictief bestaat in de boeken van J.R.R. Tolkien heeft het mis. Ecuador is vernoemd naar het woord ‘Equator’ en dit betekent ‘Evenaar’ in het Nederlands. We stapten met de bus uit op het precieze midden van de wereld met lengte en bredegraden van beide 0. Rondom dit fenomeen is een heel museum complex gebouw met een groot standbeeld op de evenaarslijn. We kochten voor een paar dollar een kaartje en liepen het terrein op waar meerdere museums te vinden waren over Ecuador maar ook specifiek over de evenaar en het idee van de Fransen om de wereld in te delen met graden. Daarnaast stonden we met een been op het Noordelijk halfrond en met het andere op het Zuidelijk halfrond. Er waren ook een aantal ‘wetenschappelijke’ testjes te doen waaronder het balanceren van een ei op een spijker (wat mij trouwens heel snel lukte) en kijken of het water op het ene halfrond ook een andere kant opspoelt dan op het andere halfrond (het bekende fabeltje). Het was in ieder geval een leuke middag en we kunnen weer zeggen dat we op het midden van de wereld zijn geweest. 

20190821065543_IMG_7144

20190821070531_IMG_7154

20190821073503_IMG_7171

20190821080441_IMG_7178

20190821071158_IMG_7159

20190821065532_IMG_7143

De tweede bestemming van onze reis in Ecuador was Latacunga. Latacunga geen charmante stad (luid, vies, lelijk en druk) maar een goede uitvalbasis van de Cotopaxi vulkaan en de Quilotoa krater. In Quito pakten we een Uber (illigaal in Ecuador) naar het busstation in het zuiden van Quito. Deze man bleef maar in het Spaans kletsen, zelfs toen we aangaven dat we niet alles verstonden. Hij had ook bedacht dat het een goed idee was om in de buitenwijken van Ecuador ineens heel langzaam rondjes te gaan rijden. Gelukkig had ik iets verstaan in de trant van ‘willen jullie een bepaald treinstation zien’ en gaf hij ons dus gewoon ongevraagd een tourtje door Quito. Enfin, we waren blij toen hij ons z’n 100 meter voor het busstation afzette. We hadden echter geen idee waar we moesten zijn in dit busstation. Toen we dit vroegen aan een familie uit Venezuela, namen ze ons op sleeptouw en zorgden hoogspersoonlijk dat we het juiste kaartje kochten en in de bus kwamen te zitten. In Ecuador hoef je niet bang te zijn dat je verdwaald of niet bij de juiste bus uitkomt, de mensen hier zorgen er altijd voor dat je er komt. Uiteraard werd er vlak buiten Quito gestopt bij een bakker waar de halve bus nog even inkopen deed en stopte deze onderweg een miljoen keer om verkopers en andere mensen binnen te laten. Na ongeveer 3 uren sprongen we vlakbij ons nieuwe hostel uit de bus. Het hostel, wat midden in een woonwijk lag, bestond volledig uit actievelingen en bergbeklimmers. Je kan hier bijvoorbeeld ook klimspullen huren om de gletsjes van de vulkaan te beklimmen.

Ons plan was om, na een nacht slapen, het Nationaal park Cotopaxi te verkennen. We pakten een lokale bus terug richting Quito en vroegen de buschauffeur of hij ons na 30 kilometer bij de ingang van het nationale park wilde uitzetten. Dit kon wel en zo zette hij ons na een halfuurtje langs de ‘snel’weg af in de middle of nowhere. Hier liepen we naar een pickuptruck toe en onderhandelden met de chauffeur hier van over de prijs van de rit. Uiteindelijk spraken we af dat hij ons voor 35 dollar 4 uren rond zou rijden en meerdere stops zou maken in het park. De eerste stop was bij een klein museum over het nationale park en de vulkaan Cotopaxi en hier hadden we al mooi uitzicht op de vulkaan. De vulkaan is nog erg actief en barstte voor de laatste keer in 2016 uit. De natuur in het nationale park was echt prachtig en we genoten dan ook van het rondkijken en rondrijden. De natuur hier bestaat, omdat het zo hoog ligt, vooral uit ruig grasland en rotsachtig gebied. Er zijn in het park  o.a. lamas, beren, poema’s, condor’s en herten te vinden.

20190823075840_IMG_7381-01

20190823074948_IMG_7360-01

De tweede stop is bij een groot kratermeer, wat wij niet heel bijzonder vonden. Inmiddels sloeg het weer om en werd het ook een beetje grijs, regenachtig en mistig. De top was na een tijd niet meer te zien en we waren bang dat deze ook niet meer tevoorschijn zou komen. Na een wilde rit met de truck kwamen we aan op 4500 meter hoogte, voorbij de sneeuwgrens. Hier parkeerde onze gids de auto en zei dat we anderhalfuur hadden om verder omhoog te hiken naar Jose. F. Rigas refuge, een berghut op 4864 meter hoogte. Nu denk je vast: ‘Och een kleine 300 meter omhoog moet te doen zijn’. Het pittige aan deze klim is alleen dat op deze hoogte de lucht nog maar de helft van de zuurstof bevat dan dat we gewend zijn op zeeniveau (en dan wonen wij ook nog onder zeeniveau!). Daarnaast zak je door het mulle zand met elke meter een halve meter terug en staat er een ontzettend stevige en ijskoude wind. De wolken waren we inmiddels door en we hadden gelukkig ook weer zicht op de top. We waren blij dat we boven waren (onder stevig gevloek van mij) en de terugweg was dan ook echt een makkie. Eenmaal terug in de auto bij onze gids werd de afdaling ingezet. Inmiddels was het weer bijna helemaal opgeklaard en hadden we op de terugweg, op 1 wolk na, een prachtig uitzicht op de vulkaan. We stopten dan ook een aantal keren om wat foto’s te maken. Bij de ‘snel’weg aangekomen hopten we een bus in en lieten ons terugrijden richting ons hostel in Latacunga, hier bereiden we een kippetje in de oven en gingen moe op bed.

20190823062349_IMG_7287-01

20190823070433_IMG_7309-01

20190823072501_IMG_7344-01

De tweede dag was het vroeg opstaan aangezien ons tweede uitje een stukje verderop in de bergen lag. We wilden graag het kleine bergdorp Quilotoa bezoeken wat naast een gigantisch kratermeer ligt, ook genaamd Quilotoa. Om het nog makkelijker te maken heet de vulkaan die naast kratermeer ligt ook Quilotoa, en is dan ook de verzoorzaker van deze krater. We stapten in Latacunga in de bus met het idee dat dit een directe bus naar het dorp was, dit werd ons dan ook zo verteld. Toen we er bijna waren werd er echter, bij een of andere kruising, verteld dat de bus naar een ander dorp ging en wij moesten uitstappen. De buschauffeur had z’n kleine broertje (of neefje of buurjongen, zoiets) al gebeld want er stond een jochie op ons te wachten die ons wel voor 5 dollar met de auto naar Quilotoa wilde brengen. De busreis echt schitterend langs alle kleine bergdorpjes, kronkelende wegen en met alleen maar mensen in traditionele kledij. 

20190824050800_IMG_7441-01

20190824060026_IMG_7448

Aangekomen in Quilotoa (met de auto uiteindelijk dus) liepen we meteen door naar het uitzichtpunt van het kratermeer. Het kratermeer zelf heeft een hele felle groen blauwe kleur en is, mede door de grote, behoorlijk indrukwekkend. Bij het uitzichtpunt waaide het behoorlijk hard maar toen we een stukje doorliepen aan de rand van het kratermeer hadden we hier geen last meer van. We zaten als enige mensen op de wereld langs de hoge richel van het kratermeer in het zonnetje te genieten. Na een uurtje liepen we het dorpje in en dronken hier een warme chocolademelk en aten een empanada. Na nog een dik uur op ‘ons’ plekje te hebben gezeten bij het kratermeer turend naar het mooie uitzicht was het tijd om de bus terug te pakken. We lazen ergens dat om half 2 smiddags vanuit dit dorp de laatste bus terug gaat. Rond 10 over 1 zagen we net buiten het dorp een touringcar staan met een man die uit het raam druk naar ons gebaarde, ze stonden op het punt te vertrekken. Nog nooit eerder vertrok een bus in Centraal en Zuid Amerika te vroeg en we waren dan ook behoorlijk verbaasd. Na een wilde rit, de buschauffeur had er zin in, kwamen we aan het einde van de middag weer aan in Latacunga. Hier rustten we de laatste dag dan ook vooral uit in het hostel. 

20190824040521_IMG_7434-01

20190824033852_IMG_7420-01

20190824040536_IMG_7437-01

De derde bestemming van onze reis in Ecuador was Banos, ofwel Banos de Agua Santa genoemd. Banos betekent in het spaans ‘badkamer’ of ‘bad’ en ‘Agua Santa’ betekent heilig water. In Banos is, door de vele vulkanen die er om heen liggen, veel thermische activiteit te vinden. Het dorp heeft dan ook ontzettend veel warme waterbronnen en baden waar je in kan poedelen. Naast dat het dus veel baden heeft zijn er ontzettend veel activiteiten te doen en nog meer watervallen te bekijken. Het ligt tot slot ook nog eens niet zo ver vanaf het Amazone regenwoud en daarmee dus ook een perfecte uitvalsbasis voor een aantal nachten in Ecuador. Omdat er zoveel te doen is in Banos besloten we hier de rest van de reis te verblijven (en we hadden geen zin in nog meer bussen). 
In het hostel werden we ontvangen door een ontzettend lieve oude man met de naam Victor (in het Spaans spreek je de ‘V’ uit als ‘B’). Hij gaf ons heel veel nuttige tips en ook het hostel was echt ontzettend leuk. Die avond wilden we lekker uiteten en zijn we op aanraden van Victor naar een sushi en noodles restaurant gegaan. De volgende dag slenterden we door het dorp heen wat helemaal omringd ligt door groene bergen. Aan de rand van het dorp stroomt een hele hoge waterval vanuit de bergen, en hier namen we dan ook even een kijkje. Door het dorp heen vindt je ontzettend veel snoepwinkels waarin ze snoep verkopen wat gemaakt is van rietsuiker. In het straatbeeld zie je dan ook overal rietstengels staan en zie je de mensen hier het suiker ook bewerken. 

20190827063536_IMG_7466-0120190827064333_IMG_7476-01

De tweede dag maakten we een kleine hike die aan de rand van het dorp begon, aan de voet van een berg. Hier begon een vervallen trap omhoog tegen de berg op richting een gigantische standbeeld van de maagd Maria en kindeke Jezus. Eenmaal aangekomen bij Maria aten we onze lunch op en keken over het dal, en dus het dorp Banos, uit. 

20190828043141_IMG_751120190828051914_IMG_7529-0120190828045156_IMG_7527

Op de derde dag liepen we naar de mountainbikeverhuur en huurden we voor 5 dollar per stuk de hele dag twee mountainbikes. Je kunt in de omgeving van Banos de ‘Routa de cascadas’ ofwel de watervallenroute fietsen. Deze weg gaat voornamelijk naar beneden en vergt dus bijna geen inspaning. De weg is z’n 17 kilometer lang en heeft, de naam zeg het al, ontelbare watervallen die je kunt bezichtigen. Sommige dichtbij en andere ver weg, sommige klein en sommige gigantisch. Een aantal keren moeten we zelfs onder een aantal watervallen door fietsen die door de overhangende rotsen op onze hoofden kletteren. Het is een weg door de groene bergen heen, en met de aangename temperatuur, een feest om door heen te fietsen. We eindigen in een klein dorpje en eten hier een ijsje voordat we met de lokale bus ons laten terug brengen naar Banos. De mountainbikes worden ook netjes in de bus geladen door de chauffeur en met een kwartier staan we weer in het centrum. 

20190830062658_IMG_7574-01

20190830063532_IMG_7584-01

Schermafdruk_2019-09-03-14-52-04-592

Schermafdruk_2019-09-03-14-51-38-092

De vijfde dag in Banos staat er een tourtje op het programma samen met een Nederlandse vrouw die we in het hostel hebben leren kennen. Met z’n drieen gaan we een hele dag richting het dorp en de omgeving van Puyo, wat in de Amazone ligt. In een klein tourbusjes samen met nog z’n 20 mensen vertrekken we rond half 9 richting de jungle. We maken eerst een stop met een uitzichtpunt waar we uitkijken op de Amazone. Hier kom ik er achter dat de batterij van mijn camera leeg is maar gelukkig bieden Lotte en nog een Spaanse jongen aan om wat foto’s naar ons toe te sturen. Het is een gezellige groep waarmee we op pad zijn en dat is voor een tour van 12 uren toch wel erg fijn. De tweede stop is bij een dorp waar de oorspronkelijke bevolking van Ecuador woont en maken we met houten kano’s een riviertocht door de Amazone van z’n 40 minuten. Onderweg zien we houten hutjes en heel veel kinderen die in de rivier spelen. Aan het einde van de rit staat het busje op ons te wachten en wachten we nog een kwartier op de laatste kano. Deze kano is op de rivier onder water gelopen en de mensen kwamen dan ook niet droog aan bij de eindbestemming. Gelukkig konden ze er zelf om lachen en reden we dan met een flinke snelheid richting het volgende punt. Wederom kwamen we aan bij een uitzichtpunt waar we 100 meter boven de grond konden slingeren met een touw. Heel verantwoord was het niet omdat je jezelf maar gewoon goed vast moest houden aan het touw boven de afgrond. Uiteraard wilden we dit natuurlijk wel proberen en het was een behoorlijke kick (en ontzettend eng, nooit weer). Ik bezeerde de hak van mijn voet tijdens het slingeren maar gelukkig was er geen permanente schade. 

IMG-20190902-WA0011-01

IMG-20190902-WA0019

IMG-20190902-WA0017

IMG-20190902-WA0002

Het was inmiddels tijd voor de lunch die we opaten bij een klein wegrestaurantje wat bestond uit soep, ijsthee en een bord met rijs, vlees en groenten. Hier konden we ons ook omkleden in onze badkleding want na een hike van ongeveer 40 minuten zouden we aankomen bij een waterval. De gids waarschuwde de groep om in de Amazone niet in het water te urineren vanwege de vissen die hier leven. Als tijdens het urineren je plasbuis openstaat, kruit de vis namelijk naar binnen om bloed te zuigen. Het verwijderen van deze vis is een niet prettige chirurgische ingreep. Met een drukbezocht wc bezoek begonnen we dan ook aan de wandeling. Onderweg vertelde de gids nog een aantal dingen over medicinale planten die in de Amzone te vinden zijn en kregen we een masker van klei op onze gezichten gesmeurd. Het masker zou acne en rimpels tegengaan en alle vrouwen stonden dan ook in de rij voor dit gratis wondermiddeltje. Na een kort bezoek aan de koude waterval en de zwempoel reden we terug naar het dorp waar de originele bevolking nog in hutten in het bos leeft. Dit deel van de tour was echt vreselijk omdat er allemaal kleine kinderen ingezet werden in rieten rokjes en deden ze net voorkomen alsof ze er nog steeds zo bijliepen. Het dorpje was echt heel leuk om te bekijken maar de hele show er om heen voelde niet goed aan. Vooral de arme kinderen die ingezet werden voor dansjes en met de pot rondgingen voor wat geld. Tot slot reden we op de terugweg nog langs een chocoladefabriekje waar we zagen hoe cacaobonen worden bewerkt. Ecuador is wereldleider in de export van cacaobonen en de cacao die hier vandaan komt wordt dan ook bestempelt als topkwaliteit. Na een lange 12 uren rijden we Banos weer binnen en lopen we met z’n tweeen terug naar het hostel, Lotte bleef slapen in het dorp in de Amazone. 

IMG-20190902-WA0029

IMG-20190902-WA0009

IMG-20190902-WA0001

Na een week Banos zijn we gisteren weer aangekomen in Quito waar we in hetzelfde hostel warm werden verwelkomd door het personeel: ‘Leuk om jullie weer te zien!’ en ‘Welkom terug!’. De konijntjes hupsten nog vrolijk rond in de tuin en we kregen de sleutels van dezelfde kamer.

Morgenavond vliegen we naar Thailand en begint het laatste deel van onze reis door Zuid Oost Azie, de tijd vliegt!

Liefs

Foto’s

3 Reacties

  1. Roderick:
    3 september 2019
    Schitterend land, prachtige belevenissen, mooi geschreven, schommelen op 100 meer hoogte doe ik jullie niet na. Weer prachtige herinneringen. Mooie foto's, ook die in klederdracht. Veel plezier nog de resterende tijd in Ecuador.
  2. Evert:
    3 september 2019
    Sommige dingen lees ik liever niet 😅. Maar verder een woord: prachtig! xx
  3. Corine Koene:
    5 september 2019
    Slingeren aan een touwtje 100 meter boven de grond, wat ben ik blij dat ik alles van te voren niet weet 😫 vreselijk!! Blij te lezen : nooit weer!! Verder weer mooie belevenissen en prachtige foto's. En hebben ze dat wonder middeltje ook in een potje.... mag je er wel een paar meenemen 😅😉😘😘